Na de rivercruise over de Chobe wordt 's middags het Chobe National Park bezocht. Het park ligt een uurtje rijden van Livingstone en heeft een oppervlakte van meer dan 10.000 vierkante km. Het staat bekend als een van de beste natuurlijke wildlife en wildernisgebieden van Botswana. Er huizen naar schatting minstens 120.000 olifanten, waarvoor de Chobe rivier een belangrijke drinkplaats is. In vergelijking met het Krugerpark in Zuid-Afrika heeft dit park minder asfaltwegen en is het de helft kleiner, maar dat betekent dat het nog altijd even groot is als Zeeland, Noord Brabant en Limburg bij elkaar, de grootte van heel Nederland dus onder de grote rivieren.
Het is er weelderig groen met grote open vergezichten wat gunstig is voor het spotten van wildlife. Al vrij snel krijgen we een groepje olifanten tussen het groen in het vizier.
Maar daar blijft het niet bij. Vlak langs de open jeep zitten een paar bavianen in de grond te wroeten en lijken daar van alles te vinden wat eetbaar is. Een aantal giraffen steekt onbekommerd de nek uit naar de toppen van de bomen en grote groepen impala's grazen gebroederlijk naast de koedoe's in het malse gras. Vlak langs de weg liggen een paar prachtige waterbokken. De dieren zien er allemaal weldoorvoed uit en zijn in een goede conditie. Anders dan de koedoe zijn de gracieus ogende impala's altijd wat alerter; zij lijken als prooi voor roofdieren kwetsbaarder, maar zijn in feite razend snel en zo wendbaar dat ze hun jagers vaak te slim af zijn.
Verder zien we nog een familie wrattenzwijn, die ook wel knobbelzwijn genoemd worden. Er dribbelt een aantal kleine zwijntjes achter de moeder aan. Een heel koddig gezicht. Hun naam ontlenen ze aan de knobbels van de verdikte huid onder hun ogen en op hun lange platte snuit. Met hun gekrulde slagtanden wroeten ze naar wortelen en insecten. Ze zijn mooi in hun lelijkheid. Om aan hun roofdieren - voornamelijk leeuwen - te ontkomen slapen ze in zelfgegraven holen, maar hele families geven voor het gemak de voorkeur aan het hol van een stekelvarken of ze 'kraken' gewoon een verlaten termietenheuvel. Het zijn sociale dieren en leven in verwante familiegroepjes op een paar vierkante kilometer. Ze delen hun holen binnen dit gebied. Om te eten laten ze zich door de voorpoten zakken, zodat ze op hun knieën lopen. Een ranger vertelde dat ze erg godsdienstig zijn, omdat ze zo dankbaar en keurig op hun knietjes bidden voor het eten.
Het is er weelderig groen met grote open vergezichten wat gunstig is voor het spotten van wildlife. Al vrij snel krijgen we een groepje olifanten tussen het groen in het vizier.
Maar daar blijft het niet bij. Vlak langs de open jeep zitten een paar bavianen in de grond te wroeten en lijken daar van alles te vinden wat eetbaar is. Een aantal giraffen steekt onbekommerd de nek uit naar de toppen van de bomen en grote groepen impala's grazen gebroederlijk naast de koedoe's in het malse gras. Vlak langs de weg liggen een paar prachtige waterbokken. De dieren zien er allemaal weldoorvoed uit en zijn in een goede conditie. Anders dan de koedoe zijn de gracieus ogende impala's altijd wat alerter; zij lijken als prooi voor roofdieren kwetsbaarder, maar zijn in feite razend snel en zo wendbaar dat ze hun jagers vaak te slim af zijn.
waterbok |
Een paar bavianen peuzelen ongestoord verder, wanneer we met de wagen langsrijden.
Kortom Chobe National Park lijkt een lustoord voor wildlife.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten