zaterdag 23 februari 2013

Letaba

Letaba is het kamp met het museum over The magnificent seven.

De weg van Mopani naar Letaba is nauwelijks 50 kilometer lang. Onderweg daarheen rijden Marjo en Fred door een op- en openbloeiend savanne landschap. Door de regen van afgelopen tijd zijn er relatief veel bloemen, het gras staat hoog en overal zijn poeltjes.

In Letaba waren de sporen van de abnormaal hoge waterstand  nog goed te zien.
De oevers zijn behoorlijk afgekalfd en menig boom is met de stroom meegesleurd.
Zelfs aan de railing van de hoog-water-brug is de schade nog duidelijk zichtbaar.

Tegenover het restaurant lijkt het wel een strand. Normaal zijn de oevers redelijk begroeid, maar nu is hier door de enorme zand verplaatsingen een compleet strand opgeworpen. De rivier is bijna 500 meter breed geweest!
Zo verandert het landschap keer op keer.


Terug onderweg naar Mopani staat er een olifant tussen de bosjes.
Het blijkt de verkenner van een grote groep, die de weg over wil steken.
Er verzamelen er zich steeds meer dieren langs de kant van de weg en dan komt er plotseling, ogenschijnlijk uit het niets, een kudde van zo'n 80 olifanten te voorschijn. Koeien met hun jongen.
Dat is zó fascinerend en steeds opnieuw weer een verassing van de eerste orde

Dan dient er zich een ander onverwacht bijzonder evenement aan.
Een enorme kudde buffels van zeker 400 tot 500 dieren met daartussen een spierwit kalf van enkele weken oud, dat een normaal gekleurde koe volgt.
Een ranger verklaart dat hij in zijn 26- jarige loopbaan nog nooit zoiets gezien te hebben.
Onduidelijk blijft of het witte buffeltje een albino dan wel een mutatie - een speling der natuur - is.
De man geeft het diertje weinig kans van overleven. Alleen de moordend verzengende Afrikaanse zon op de huid is voor het kalf al levensbedreigend.
Voor de rest van de kudde is het bijzonder kalf geen reden om daar bij stil te staan. Ze grazen en trekken rustig door en hebben geen last van discriminatie vanwege een afwijkende huidskleur. Ze houden ieder jong onder hun hoede.
De kleintjes worden beschermd tegen alle gevaar van buiten af door ze goed binnen de kudde te houden.

Marjo heeft weer plaats genomen achter de computer van Crista Von Elling en schrijft zijn 'beriggie':

"We beschrijven Kruger als een schitterende wildtuin met oneindig veel wild.
Toch een kanttekening om met de beide benen op de grond te blijven staan.
Op dit moment is er door regen en zonneschijn oneindig veel voedsel en water overal in het park.
Dat houdt in, dat met name de grote grazers, zoals buffels en olifanten, aanzienlijk minder hoeven rond te trekken op zoek naar voedsel. Zo zijn er bijgevolg wel eens de momenten dat je meer dan een uur rondrijdt en dan hoogstens een impala ziet of een verdwaalde zebrahengst in zijn eentje. Vogels en reptielen zijn er altijd en overal, zowel in de struiken als in de lucht, dus er is wel altijd wat te zien.
Maar dat is dan niet altijd met meest spectaculaire in onze ogen.
Op zoek naar het 'sensationele', zijn we in de loop van de tijd wel enigszins verwend geworden."


Anderzijds is het overigens ook weer op een bepaalde manier bijzonder om iets niet te zien.
Dat wil zeggen, er kan altijd net iets gebeurd zijn, waarvan de sporen nog herkenbaar zijn: een kadaver dat in de bush ligt. Wat heeft daar plaatsgevonden?
Of er hangt 'iets' in de lucht, er staat iets op het punt te gebeuren, wanneer er plotseling een kudde impala's op de vlucht slaat of zebra's, die verschrikt wegrennen van de waterkant bij een rimpeling aan de waterspiegel.
Het is maar of de 'tekens' je opvallen en hoe je daar naar naar kijkt.
Zoals het sleepspoor van een luipaard op de foto hiernaast,
die Fred maakte. Het is er een die het voorstellingsvermogen en de fantasie op zijn minst in beweging brengt.
Je ziet 'niets', maar er zit een heel spannend verhaal achter.


Verder vertelt Marjo over zijn ontmoeting met Maria, een dame, die vóór de overstroming altijd in kamp Shingwedzi werkte, maar nu - tijdelijk - in Mopanie actief is.

"Maria geeft ons een ooggetuige verslag van wat zij heeft meegemaakt tijdens de overstromingen. Shingwedzi is volledig gesloten. Er is dramatisch veel vernield. .
Ze is blij, dat ze nu in Mopani kan werken.
Ze is alles, maar dan ook alles, kwijtgeraakt door de ramp. Juist wanneer je al heel weinig bezit, komt dat hard aan, ook al zijn Afrikanen heel wat gewend op dit gebied.
Zelfs haar koelkast is met inhoud en al weggespoeld.
Maria past nu op ons huisje in Mopani.
We hebben haar de rest van de kinderkleding en een paar shirts van mij gegeven. Daar is zij blij mee.
Later begrepen we dat de slachtoffers ( het personeel dus) slechts 300 rand als schadeloosstelling hebben gekregen.
Dat is nog geen 26 euro!!!! Maakt niet uit wat ze kwijt zijn: auto, t.v., zaken die haast onbetaalbaar zijn en waar lang voor gespaard is.
Verzekeren kunnen ze het hier niet, weg is weg. Onvoorstelbaar......"


Sinds vanmorgen zitten er gieren in de bomen bij de ingang van het kamp en ruikt het naar een kadaver.
Weer zo'n nieuwsgierig makend signaal, waarbij 'niets' te zien is.
Aan het aan het eind van de dag zitten de gieren er nog steeds, het zijn er alleen maar meer geworden.
Freds foto van de zonsondergang met de gieren levert een mooi afsluitend plaatje op.

 

1 opmerking: