zondag 23 januari 2011

Eenentwintigste dag: een adder in de tuin

Vanmorgen zijn Marjo, Fred en Femke al om 07.00 uur vertrokken via Berg en Dal - er zijn veel plaatsen hier met een Nederlandse naam - in het uiterste zuiden richting Krokodilbrug in de oosthoek van het park. Het is een lange tocht van meer dan 200 km. Voor mij allemaal net iets te vroeg, te ver en te warm. Maar de drie onverschrokkenen hebben genoten van het natuurschoon, tal van aasgieren, neushoorns, giraffen, zebra's, gnoes, impala's en een slapende leeuw.
In de tuin zit vanmorgen vroeg al een heel clubje zebra-mangoestes. Ik hoor nu ook al meerdere nijlpaarden knorren vanuit het riet aan de oever van de rivier, die voor ons terras stroomt.

Daar geniet ik nu van schrijvend op ons onvolprezen terras. Op dit moment valt de stroom uit, maar ik ga rustig door op de accu van mijn laptop. Misschien heeft het iets te maken met de bliksemschichten, die ver aan de horizon door het wolkendek schieten. Het gaat iets meer waaien en er komt gedonder vanuit de lucht. Het blijft warm en is broeierig.

De spoorbrug, waar we vanuit ons terras op uitkijken, heeft een interessante geschiedenis. Het spoortraject tussen Pretoria en Delagoa baai in het westen, aan de Indische oceaan gelegen, speelt een belangwekkende rol in de ontwikkeling van het oude Sabie-reservaat tot aan het huidige Nationale Park. De treinverbinding werd in 1894 voltooid. Een deel van de lijn kwam te lopen aan de zuidgrens van het oude Sabie-reservaat. In eerste instantie is het spoortraject aangelegd om Laeveld te ontsluiten. Het heeft verder bijgedragen aan de opbouw van de industrie in deze regio: mijnbouw en goudwinning. Maar begin 20ste eeuw was er nog nauwelijks enig goud gewonnen noch andere ertsen of mineralen. Om de lijn toch lonend te maken werd er een negen-daagse tour georganiseerd naar Mozambique en Laeveld. Tijdens die rit heeft de trein een nacht stilgestaan op de Huhla-zijlijn bij Skukuza, het kamp waar we nu verblijven. Hierbij stond er een kampvuurconcert en een wildbezichtiging op het programma. De tijd bleek rijp voor een cultuuromslag bij het publiek. De wildbezichtiging was, verrassend genoeg, het opwindenste aspect van de tour. Het feit dat welgestelde reizigers, nu voor het eerst, tevreden waren met 'slechts' te kijken naar het wildbestand in plaats van het te schieten luidde een radicale verandering in voor een meer geciviliseerd wildbeheer. Vanaf die tijd kwam het 'in de mode' om op fotosafari te gaan om plaatjes te schieten in plaats van de dieren zelf neer te knallen.
Majoor James Stevenson- Hamilton signaleerde deze opzienbarende omslag in interesse en op het juiste moment wist hij in het parlement de handen op elkaar te krijgen voor een nieuw concept; het oude Sabie-reservaat werd uitgeroepen tot Nationaal park. Deze idealistische en nieuwe visie werd metterdaad gerealiseerd in de proklamatie van het Krugerpark.
Dit stelde een vreedzaam wildbeheer voor de lange termijn, waar nog tot in lengte van dagen van genoten kan worden ook door vele generaties na ons. Ter herinnering aan deze gebeurtenis staat hier in Skukuza een orginele stoomlocomotief uit 1949 welke tot augustus 1978 in gebruik is geweest ( ketelnummer 3638 van Suid Afrikaanse Spoornet ). Met een wagon wordt hij 'tentoongesteld' aan het orginele perron in een museale setting. Daarbij is het perron ingericht als het Selati restaurant.

Inmiddels is de electriciteit aangesloten en doet de stroom het weer.
De accu van de laptop is bijna leeg, net zoals mijn schrijfinspiratie voor vandaag.

LAATSTE NIEUWS: Er kruipt een adder door de tuin van de buren tot grote opwinding van de kids! Marjo overwint zijn angst voor slangen en zet het addergebroed buiten spel. Het dier wordt over het hek gezet dat ons scheidt van de Sabie-rivier. De kids zijn weer rustig en veilig! Zo is er toch altijd wat te beleven hier!

1 opmerking:

  1. Interessant verhaal, Henny, wat je daar neerzet. En in rijke bewoordingen verteld!

    BeantwoordenVerwijderen